enkel voor abonnees

Op bezoek bij de nieuwe dierenarts van de ZOO

interview - 06 05 2023
Jonas Spruyt
Foto: Greetje Van Buggenhout



“We doen ons uiterste best voor onze dieren”

Jonas Spruyt is de nieuwe dierenarts voor ZOO Antwerpen en ZOO Planckendael. Jonas is 33 jaar en woont in Mortsel. Hij maakt nu zijn kinderdroom waar. Als kleine jongen liep hij vaak in de ZOO rond. Toen wilde Jonas alles weten over de dieren. En nu is hij daar dierenarts. Hoe maakte hij die droom waar? Dat vertelt Jonas aan Wablieft.

 

Wablieft: Dierenarts zijn in de ZOO. Is dat niet moeilijk? Hoe leer je bijvoorbeeld om een pinguïn te genezen?

Jonas Spruyt: Je moet vooral veel bijstuderen. Je leert als dierenarts de basis voor alle huisdieren. Daarna moet je kiezen. Voor welke diersoort ga je? Wil je een dierenarts zijn voor paarden of voor runderen? Maar voor de bijzondere diersoorten is er niets. Daarom moet je dus bijstuderen. Je moet dan echt naar de plekken gaan waar de wilde dieren zitten. Dus ook naar Afrika en Azië.



En hoe genees je dan een vis?

In de dierenwereld zijn er zoveel soorten. Je kan niet alles over elke soort weten. Voor de vissen krijg ik hulp van een collega. Hij is ook een goede vriend van mij. Is er iets mis met een vis? Dan bel ik hem op en vraag ik wat hij zou doen. Zo vragen ze mij soms ook raad. Je moet als ploeg goed kunnen samenwerken. In Antwerpen en Planckendael gaat het ook om 7.000 dieren. Daar zijn wel 3.000 vissen bij. Zo kom je snel aan 7.000 dieren. (lacht)

 

Uit
leeuwin
Foto: Mandy Henry via Unsplash
Uit



In de ZOO gaat het van vissen tot olifanten. Een olifant die moet bevallen. Een leeuw die je moet verdoven. Het hoort er allemaal bij?

Zeker. Dat zijn unieke ervaringen. Ik kijk daar erg naar uit.



We spreken elkaar nu in Antwerpen. Wat als je dringend naar Planckendael bij Mechelen moet? Is dat dan ook met een ziekenwagen op de snelweg?

Nee, dat niet. Een dierenarts mag ook geen sirene in de auto zetten. Wat mag wel? Een ontsnapping van een dier kan voor gevaar zorgen. Dan rijdt er een auto met een sirene voor jou om er sneller te zijn.



Hoe druk heb je het? Worden veel dieren rond dezelfde tijd ziek?

Zo gaat het altijd. Dat heeft te maken met de overgang van de seizoenen. Dat zie je ook bij mensen. Nu moeten we wel oppassen met de vogelgriep. Dieren die binnenkomen, moet je goed testen. Die mogen de andere dieren niet besmetten. En in een ZOO vliegen altijd vogels binnen. Die kan je niet tegenhouden. Er is ook nog veel ander werk. Ik moet allerlei papieren invullen.



De ZOO van Antwerpen ontstond in de 19de eeuw. We leven nu in een heel andere tijd. Er zijn mensen die vinden dat wilde dieren niet meer thuishoren in een ZOO. Wat vind je zelf?

De ZOO van Antwerpen en de ZOO van Planckendael horen bij een stad. Die dierentuinen moet je aanpassen aan deze tijd. Daarom zijn de dierentuinen nu helemaal anders dan jaren geleden. Hoe onze dieren leven en wonen. Daar doen we ons uiterste best voor. Ik vind dat onze dierentuinen zeker nog passen bij deze tijd. Zo laten we het publiek ook houden van de natuur. We leren het publiek dat de natuur behouden belangrijk is. Dat je de mooie plekken in de natuur moet beschermen.

 

Uit
Jonas Spruyt
Foto: Greetje Van Buggenhout
Uit

Een dierentuin in een stad heeft ook een sociaal doel. Er bestaan bezoekers die bijna elke dag naar de ZOO gaan.

Ja, voor heel wat mensen in Antwerpen is de ZOO hun tuin. Ik denk aan mensen die in een kleine flat wonen. En er is dat sociale. Samen met vrienden hier naartoe komen. Door de ZOO wandelen, wat babbelen met elkaar. Dat mag je niet onderschatten.



De bezoeker krijgt bij elk dier veel informatie. Op de bordjes staat uitleg in eenvoudige taal. Dat is belangrijk voor Wablieft. Doet de ZOO dat bewust?

Die taal is vaak bedoeld voor kinderen. Ze moeten alles kunnen begrijpen. De kinderen groeien op. We willen dat ze van de natuur gaan houden. Dat is voor ons heel belangrijk. Ik was wel blij toen de vraag van Wablieft kwam. Om met mij te willen praten. Mijn vrouw is anderstalig. Ik zal haar zeker de krant laten lezen!

We zijn nog een belangrijke taak van de ZOO vergeten. Sommige dieren zijn aan het uitsterven. Jullie proberen ervoor te zorgen dat het niet gebeurt.

We proberen dat met heel veel dieren. Ik denk nu vooral aan de monniksgieren. Die zijn uitgezet in Bulgarije, Frankrijk en Spanje. Het is een groot project. Je kan die vogels moeilijk kweken. Het is niet simpel om koppeltjes te vinden. Je kan niet zomaar een gier bij een andere gier zetten. Het juiste mannetje moet bij het juiste vrouwtje komen. Daarvoor moet je ook wetenschap gebruiken. Na het kweken, volgt het uitzetten. De dieren krijgen een chip op hun vleugels. Zo kunnen we zien waar ze naartoe vliegen.

Uit
tijger
Foto: Mike Marrah via Unsplash
Uit
Top
67-33
Uit
ooievaar
Foto: ZOO Planckendael / Jonas Verhulst
Uit



In Planckendael zijn ook de ooievaars belangrijk.

Daarover heb ik ooit een oud boek gelezen. De ooievaars vertrekken aan het begin van de herfst. In de lente keren ze terug. Waar vliegen ze naartoe? Hoe hebben ze dat voor het eerst kunnen aantonen? Een ooievaar landde ooit in Groot-Brittannië met een speer in de nek. Er volgde een onderzoek. Zo werd duidelijk dat de speer van een Afrikaanse stam kwam.



Rond de ZOO van Antwerpen wonen veel mensen. Die staan op en horen leeuwen brullen. Dat is gek in het midden van de stad. Hoe zit dat voor de dieren? Herkennen die het geluid van een tram?

Het is moeilijk om te weten wat een dier denkt. Ik denk wel dat ze aan hun omgeving wennen. Maar of ze het geluid van een tram herkennen? Ik denk niet dat ze ooit al een tram hebben gezien. (lacht)



Tijger ontsnapt!

Dierenarts Jonas hoopt niet dat er dier ontsnapt uit de ZOO. “Daarvoor ben ik verantwoordelijk”, zegt hij tijdens ons gesprek. Lang geleden is dat al een keer gebeurd. Op 7 juni 1868 ontsnapte een tijger uit de ZOO van Antwerpen. Het dier sprong uit een kist voor transport. Daarna sprong de tijger over de muren van de ZOO. De tijger liep zomaar rond in het station Antwerpen-Centraal. Daarna ging de tijger de stad in. Daarbij beet hij een paard en een man dood. Gelukkig liep de tijger zich in een straat vast in een gang. Daar kon een bewoner uit de buurt het dier doodschieten.



Drama in Planckendael

Ook in deze tijd kunnen dieren helaas ontsnappen. Bij het begin van de zomer van 2018 liep leeuwin Rani uren vrij rond in Planckendael. Een verzorgster moest een telefoon opnemen. Net op dat moment stonden twee deuren open. Zo kon Rani ontsnappen. Een dierenarts probeerde het dier te verdoven. Dat lukte niet. Bezoekers schuilden in een oude treinwagon. De leeuwin kwam te dichtbij. Daarom werd Rani gedood. Kan dit nog altijd gebeuren? De ZOO zorgde voor een speciaal systeem. Zo kunnen er geen deuren meer openstaan.

 

Uit
een kleine moormaki
Foto: ZOO Planckendael / Jonas Verhulst
Uit

Een kleine moormaki

In de lente van 2023 was er mooi nieuws voor Planckendael. Jonas vertelt in het gesprek over de bedreigde monniksgieren. Ook moormaki’s zijn een bedreigde diersoort. De apensoort leeft in het wild op het eiland Madagaskar.

Op 11 april maakte ZOO Planckendael de geboorte bekend van een moormaki. Het is de derde die ooit in het dierenpark werd geboren. Het is het jong van moeder Kimmie en papa Oreo. Zij kregen al twee kinderen in Planckendael. Het meisje Wifi is een jaar ouder dan haar zusje Xhuna.

Kort na de geboorte was het geslacht van het jong nog niet bekend. De kleur zorgt voor het bewijs. En die kan na twee maanden nog veranderen. Wordt het dier net zoals de vader zwart? Dan is het een mannetje. Een vrouwtje heeft een kleur die wat bruin en oranje is, met witte pluimpjes aan de oren. De geboorte is goed nieuws voor de kweek van deze diersoort. De moormaki is op Madagaskar bedreigd door houtkap, stroperij en dierenhandel. 

Aan

Interview door Dominique Piedfort

Uit