enkel voor abonnees

Kei-Jong is de winnaar van de Wablieft-prijs 2022

interview - 08 12 2022
het team van Kei-Jong
Foto door Farida Barki

“Zeggen wat je bedoelt, vinden wij heel belangrijk”

Kei-Jong wint de Wablieft-prijs 2022. De organisatie uit Deurne bereikt jongeren die nood hebben aan eenvoudige taal. Dat zijn jongeren met een beperking. Ze kunnen bij Kei-Jong cursussen volgen. Of zoals de winnaar het zelf zegt in Wablieft-taal: dingen bijleren op een plezante manier.

 

Kei-Jong vind je in de buurt van het park Rivierenhof in Deurne bij Antwerpen. Een wat oudere man opent de deur. Hem komen we later nog tegen. “Voor Kei-Jong moet je naar boven”, zegt hij. Daar leidt Elien Martens een ploeg van jonge mensen. Een groep van zes jonge vrouwen zet zich aan een ronde tafel. Tijd om Kei-Jong voor te stellen.

 

Wablieft: Zijn jullie verrast door de winst?

Luna: Dit hadden we niet verwacht. We wisten niet op voorhand dat we kans maakten. Dat was dus heel aangenaam.



Wat doen jullie vooral?

Elien: Misschien kan Bauke daar een antwoord op geven. Zij volgt bij ons de cursussen.

Bauke: Ik heb er al veel gevolgd. Ik zit al twee jaar bij Kei-Jong. Wat vond ik heel interessant? Dat was het weekend waarin ik leerde om meer zelfstandig te zijn. Ik leerde hoe je zelf meer dingen kan doen. Er was ook het weekend ‘budget-pret’. Daar leerde ik om met geld om te gaan. Dat ben ik nu aan het toepassen. Na de boodschappen steek ik de rest van het geld in een kistje. Zo kan ik nu al wat sparen. 

 

De jongeren kunnen tijdens een cursus zelfs aan de slag als reporter.

Elien: Tijdens de cursus ‘Kei-Jong reporter’ maken we samen met de deelnemers een infoboekje. Het thema en de inhoud zullen we zelf bepalen tijdens die cursus.



Hoe verloopt zo een cursus?

Elien: Op de plek van elke cursus blijven de jongeren slapen. Het gaat om allerlei thema’s. Wat gebeurt er in het leven van de jongeren? Daar proberen we een cursus over aan te bieden. Het doel is om hen sterker te maken. Zodat ze wat zelfstandig in het leven kunnen staan. Daarnaast maken we boekjes met allerlei informatie. Maar onze echte taak zijn die cursussen voor jongeren met een mentale beperking. Jongeren uit heel Vlaanderen kunnen daaraan deelnemen. De jongeren hebben ook inspraak. We vragen hen om tijdens een weekend na te denken over onze toekomst. Of wat ze zeker nog willen bijleren.

(De cursussen zijn in heel Vlaanderen. Kei-Jong zorgt zelf voor vervoer met kleine busjes.)



“De jongeren hebben nood aan een klare uitleg.” Dat lees je op de website. Met die eenvoudige taal zijn jullie dus bewust bezig?

Luna: “Zeker, gewoon zeggen wat je bedoelt. Dat vinden wij heel belangrijk. Moeilijke woorden proberen we altijd uit te leggen. Maar ook duidelijke beelden gebruiken, is voor de jongeren heel belangrijk. We proberen moeilijke woorden zeker te vermijden. Maar soms kan je niet anders. Als het gaat over geld of over je budget, dan kom je moeilijke woorden tegen. Toch proberen we daar een ander woord voor te vinden.  

 

De boekjes die jullie maken zijn daar een mooi bewijs van. Hebben die succes?

Elien: Het laatste boekje is veel besteld. De titel is: ‘Hé, hoe is ’t ermee?’ Het gaat over mentaal welzijn. We hebben geen lessen gevolgd in duidelijke taal. Maar dat leren we door vaak met die jongeren bezig te zijn. Dan weet je hoe belangrijk duidelijke taal voor hen is.

 

Hoelang bestaat Kei-Jong eigenlijk al?

Elien: We bestaan al 45 jaar, dus van 1977. Het is begonnen dankzij vrijwilligers. Zo is de vzw ontstaan. Onze oprichter zit hier beneden. De man die de deur opendeed! (Vzw staat voor een vereniging die winst maken niet als doel heeft.)



Wat jullie doen, kom je niet zo vaak tegen. Toch?

Luna: Er zijn niet zoveel organisaties die dit doen. Het aanbod voor jongeren met een beperking is niet zo groot. Dan gaat het over de invulling van hun vrije tijd. Wij gaan daarmee educatief of opvoedend aan de slag. Dat maakt van ons toch een unieke organisatie.



Wat is nog het vermelden waard?

Marlies: We zijn nu bezig aan een project met een organisatie uit Nederland. In augustus zijn we met een aantal deelnemers naar Haarlem geweest. Daar hebben we gewerkt rond het thema: verleg je grenzen. Dat deden we dan in een andere omgeving, wat heel leuk was. Die week was heel geslaagd. In januari komt de Nederlandse groep naar Brussel. Die uitwisselingen proberen we in de toekomst vaker te doen.



Vlaamse organisaties voor jongeren bereiken vaak vooral een wit publiek. Merken jullie dat ook?

Luna: Dat is een punt waaraan we willen werken. Alle jongeren moeten makkelijk toegang krijgen tot ons. We hebben contact met organisaties die daar veel ervaring in hebben. Het gaat niet alleen over het bereiken van andere culturen. We denken dan ook aan jongeren die in kansarmoede opgroeien.



Hoe zien jullie de toekomst?

Marlies: Voor de komende vier jaar kregen we van de overheid een mooie steun. Er komen dus zeker nog een hoop cursussen aan. Ik denk dat we mogen zeggen dat het goed gaat met onze organisatie.

Uit
Kei-Jong met brochures
het team van Kei-Jong
Uit

 

“Een waardering voor de hele ploeg”

Op weg naar buiten lopen we langs de man die de deur opendeed. Zijn naam is Ludo Van Meerbergen. Hij vertelt graag over het begin van Kei-Jong.



“Kei-Jong begon op 28 juni 1977. Toen is de vzw opgericht. Je moest in die tijd maar tot 14 jaar naar school. Jongeren gingen dus vroeger werken. Voor hen waren er cursussen algemene vorming. Dat heette toen ‘sociale promotie’.

Een leerkracht uit Gent dacht aan jongeren in beschermde werkplaatsen. (Dat zijn plaatsen voor jongeren en volwassenen die in een normaal bedrijf niet kunnen werken. De naam is nu maatwerk-bedrijven.) Zij hadden ook recht op die cursussen. Zo kwam er een werking voor die beschermde werkplaatsen. Maar die werking stopte. Ik ben toen met enkele vrijwilligers gaan praten met de overheid. Dat was de afdeling Jeugd van het ministerie van Cultuur. Als we een vzw oprichtten, zouden we erkend worden als jeugdwerk. Zo is het begonnen.”



Wablieft: Hoe kwam Kei-Jong in Deurne terecht?

We werkten toen samen met een organisatie uit Turnhout. Daar werkte een man die de eigenaar van dit gebouw in Deurne kende. Dat konden we gebruiken. Ik kom uit Wilrijk en woon nu in Meise. We hadden gewoon een kantoor nodig. Want we werken in heel Vlaanderen.



Je bent zeker trots op de Wablieft-prijs?

Dat vind ik ongelofelijk. Ik vind het enorm voor die jonge ploeg. Elien heeft daarover de leiding. Zij doet dat prachtig. Maar het is een waardering voor het werk van de hele ploeg.



En na 45 jaar zit je hier nog altijd?

Zolang mijn gezondheid het toelaat, wil ik mijn diensten blijven aanbieden. Dat houdt mij jong!

 

Uit

De Silver Surfers haalden het niet



De Wablieft-prijs ging deze keer niet naar een bekende Vlaming. Dat was de vorige jaren wel zo. Denk aan Stef Wauters (2021) en Steven Van Gucht (2020). Dit jaar had Linde Merckpoel de prijs wel kunnen winnen. Zij was in het tv-programma ‘Iedereen Beroemd’ te zien in de rubriek ‘Silver Surfers’. Daar leerde Linde oudere mensen veel over de digitale wereld. Die uitleg was nooit moeilijk. Zo leerden oudere tv-kijkers bijvoorbeeld om te gaan met de app Google Maps.

De andere kanshebber voor de Wablieft-prijs 2022 was ‘Wegwijs’. Dat is een spel gemaakt door organisaties uit Gent. Het leert om de diensten voor zorg en welzijn beter te leren kennen.



25 jaar!

Wist je dat de Wablieft-prijs al 25 jaar bestaat? De prijs voor het gebruik van een eenvoudige taal kreeg een eerste winnaar in 1997. Dat was toen weerman Frank Deboosere. Weervrouw Jill Peeters won de prijs in 2016. De bekendste winnaar was Vincent Kompany in 2012. Hij was toen de aanvoerder van de Rode Duivels. Wie weet wordt hij straks de nieuwe trainer van de Rode Duivels. 

Uit

Interview door Dominique Piedfort

Uit